Klik op de prent om de tekst te beluisteren.
Grammaire:
Être
L'histoire du poussin.
Le passé composé. De verleden tijd:
- être 1 (sleepoefening),
- être 2 (meerkeuze),
- être 3 (invuloefening)
- être 4 (sleepoefening)
- être 5 (invuloefening)
Les mots interrogatifs. Vraagwoorden.
- Qui? Que? Quoi? - 1 (meerkeuze)
- Qui? Que? Quoi? - 2 (meerkeuze)
- Combien? Comment? Pourquoi? ... (meerkeuze)
Woordenschat:
- Beroepen. (luisteroefening)
- Où est tu? - Plaatsbepalingen. (filmpje)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.